Bureaustoel instellen: 5 tips

Tip 2: Stel de zitdiepte in

Vervolgens stel je de zitdiepte van je bureaustoel in. Bij de meeste bureaustoelen kun je namelijk ook de zitting naar voren of naar achteren bewegen. Stel de zitdiepte zo in dat je nog ongeveer een vuist ruimte hebt tussen de rand van je bureaustoel en je knieholtes. Zo voorkom je dat je bloedvaten afknellen en dat er irritatie ontstaat in je knieholtes. Heb je het gevoel dat je van je bureaustoel afglijdt? Dan zit er waarschijnlijk teveel ruimte tussen de rand van je stoel en je knieholtes.

Tip 3: Stel de armleuningen goed in

Je armsteunen stel je in op ellebooghoogte. Houd je armen gebogen in een hoek van 90 graden en laat ze ontspannen naast je lichaam hangen. Dit is de ideale hoogte van de armsteunen. Bij sommige bureaustoelen kun je ook de breedte instellen. Dan is het belangrijk om je armen zo dicht mogelijk naast je lichaam te houden. 

Tip 4: Stel je rugleuning goed in

Je rugleuning stel je op 3 punten in. Als eerste stel je de hoek van je rugleuning in onder een hoek van ongeveer 110 graden. Hierdoor zit je mooi rechtop, maar word je niet te ver naar voren geduwd. Want daar word je moe van. Vervolgens stel je de hoogte van de rugleuning zo in dat je wervelkolom tot net onder je schouders ondersteund wordt. Heeft je stoel tot slot ook nog een verstelbare lendensteun? Zorg er dan voor dat de bolling van de lendensteun mooi aansluit bij de natuurlijke holte van je rug.

Tip 5: Synchroonmechaniek

Een goede bureaustoel heeft een synchroonmechaniek. Die zorgt ervoor dat de rugleuning naar achter kantelt als je naar achteren leunt. Hierdoor ga je automatisch meer bewegen als je zit. En dat zorgt weer voor een betere bloedcirculatie. Sommige bureaustoelen hebben een automatische synchroonmechaniek, maar bij sommige stoelen kun je de mechaniek ook zelf instellen. Je kunt dan de weerstand van de tegendruk instellen. Het is belangrijk dat je niet te veel of juist te weinig tegendruk krijgt.

Ergonomische werkhouding. Check ✅